Linaro Dolomitgrau gemasert.
Linaro Dolomitgrau gemasert.

Verwerkingsadviezen

Algemene verwerking van METTEN Stein+Design steen en tegelproducten.

Controle van de levering

Voor de verwerking moet het geleverde materiaal met het bestel- c.q. leverbewijs gegevens op overeenstemming gecontroleerd worden. De kwaliteit eveneens. Nadat de verwerking heeft plaatsgevonden kunnen klachten vanwege zichtbare gebreken niet meer erkend worden.

Kwaliteit in verwerking

Hoe goed een product is wordt in grote mate bepaald door de kwaliteit van verwerking. METTEN producten zijn geen doorsnee producten maar duidelijk ontworpen, geproduceerd en niet op de laatste plaats verpakt op een wijze die garant moet staan voor een fraaie verschijningsvorm met een lange levensduur. Let erop dat bij het verwerken van de materialen deze niet beschadigd raken door een “ruwe” of niet correcte verwerkingswijze, het niet gebruiken van de juiste gereedschappen, een slechte voorbereiding van de ondergrond waarop het materiaal verwerkt gaat worden en dergelijke.
Kortom met zorg behandelen in combinatie met een goede voorbereiding.

Diverse METTEN producten hebben elk hun specifieke verwerkingsvoorschriften. De verwerker dient zich voor verwerking per product hiervan op de hoogte te stellen. Dit kan op vele manieren: onze website, documentatie en telefonisch. Sommige METTEN productgroepen hebben in de verpakking Nederlandstalige verwerkingsadviezen en verdere productinformatie bijgesloten aangaande dat specifieke product. Uiteraard dient men deze altijd in acht te nemen.
Schade ontstaan door een foutieve verwerking zijn van de fabrieksgarantie uitgesloten.

Kleur, structuur en textuur

Ondanks grote zorg en perfectie tijdens de productie zijn een aantal natuurlijke eigenschappen van de grondstoffen en hun invloed op het uiteindelijke product niet te vermijden. Dit betreft onder andere verschillen in kleur en structuur en textuur van het oppervlak. Dit is de reden waarom men altijd meerdere pallets moet mengen tijdens het verwerken.

Onderbouw

Ervaringen in Nederland met gebroken puinfundaties met hierop een vlijlaag van enkele cm van zand, kiezelzand, brekerszand of split waarop het verhardingsmateriaal aangebracht is, maken dat dit in het algemeen toegepast wordt bij verhardingen waar grotere drukbelastingen te verwachten zijn zoals pleinen, doorgaande wegen maar ook bijvoorbeeld een garageoprit.

Bij een toepassing waar enkel gelopen wordt- b.v. voetgangers en tuinpaden, terrassen- kan volstaan worden met zand als onderbouw.

Het is te stellen dat de kwaliteit en de te gebruiken materialen volledig afhankelijk zijn van de stabiliteit en aard van de natuurlijke ondergrond en de daarbij niet te veronachtzamen factor van de te verwachten uiteindelijke drukbelasting. Gezien de verschillende voorkomende bodemtypen met elk hun eigen kenmerken, de eisen aan drukbelasting et cetera zijn hier geen eenduidige aanbevelingen vanuit ons als fabrikant mogelijk. Naast dat het te gebruiken onderbouw materiaal goed en snel indringend water moet kunnen afvoeren mag het tevens niet capillairwerkend zijn en/of verontreinigende bestanddelen bevatten.

Capillairwerkende materialen in de onderbouw maar ook in het voegenmateriaal zijn zeker in het geval van een verharding in overkapte situaties zoals een carport, terras met een laag afschot, vaak oorzaak van ernstige kalkuitbloeiing problemen. Een stabilisatie van het ballastbed wordt in alle gevallen ten sterkste ontraden. Hierdoor kan eveneens een zeer hardnekkige kalkuitbloeiïng ontstaan die zich niet of zeer moeizaam blijvend laat verwijderen. Belangrijk is dat voor zowel de vlijlaag als voegafwerking dezelfde korrelgrootte wordt gebruikt zodat het voegmateriaal niet kan “wegvloeien” in de onderbouw.
Voor waterpasseerbare, -afvoerende of -doorlatende bestratingen geldt in het algemeen dat de onderbouw snel vocht moet kunnen doorgeven aan de daaronder liggende natuurlijke ondergrond. Dit vergt een andere technische opbouw van de onderbouw. Informatie kan op verzoek gegeven worden.

Opslag van materialen

Tegelmateriaal wat over is van aangebroken pallets kunnen het beste bij een tussentijdse opslag droog „kop op kop“ gelegd worden. Zwaarder materiaal, op niet af fabriek in folie afgedekte pallets, moet eveneens droog opgeslagen worden. Het droog opslaan verhinderd het optreden van kalkuitbloeiïng. De af fabriek met folie afgedekte materialen eventueel voorzien van een extra bescherming tegen vocht bij een langere periode van opslag. Dit omdat de milieuvriendelijke samenstelling van de folie maakt dat deze zichzelf “afbreekt” na verloop van enige maanden. 
Om vlekvorming en kringen op grotere volumineuze op maat gemaakte elementen waaronder ook Conceo te voorkomen, moeten deze direct na ontvangst ontdaan worden van de kunststof verpakking.

Legmaten

In het geval van producten die af fabriek voorzien zijn van vaste afstandhouders, zijn de aangegeven rastermaten dus inclusief afstandhouders. Vanwege technisch niet te vermijden maattoleranties, welke kunnen ontstaan gedurende de productie, is het noodzakelijk vooraf de precieze maatvoering van de producten door het leggen van enkele rijen te bepalen.

Voegen

Een voeg werkt als een elastische ondersteuning tussen de stenen. Wanneer stenen „koud“ tegen elkaar liggen zullen deze bij de kleinste belasting de neiging vertonen te verschuiven. Afstandhouders verminderen dit effect en dienen- al dan niet in combinatie met een vellingkant aan het steen oppervlak- om beschadigingen aan het steenoppervlak te minimaliseren en de werking van de voeg verder te ondersteunen. Veel METTEN producten zijn in de productie standaard voorzien van vaste afstandhouders. De aldus automatisch ontstane voeg varieert per product. De wisselende breedte ervan is deels om esthetische redenen en deels om een product alsnog een extra bescherming te geven bij verschuivingen.

Enkele METTEN tegelsystemen worden geproduceerd zonder vaste afstandhouders waarbij het absoluut aanbevelenswaardig is een voeg te gebruiken tussen de afzonderlijke tegels. Deze verhinderd in sterke mate beschadigingen aan de randen zowel tijdens de verwerking als gebruik in de praktijk. Bovendien droogt het vloeroppervlak gelijkmatig op. Af fabriek is desgevraagd tegen betaling hiervoor leverbaar losse afstandhouders die een voeg maken van ca. 3 mm.

Voegen materiaal

Voegmateriaal moet altijd droog, capillair brekend en zuiver te zijn. Zuiver wil zeggen: het mag geen gekleurde fijne deeltjes bevatten (waaronder leem, kalk of stofdelen en dergelijk.), die zich aan het oppervlak kunnen hechten en/of in de poriën van het product oppervlak kan zetten. Dit kan voor een bepaalde periode de kleur van het verwerkte product beïnvloeden. Het voegmateriaal kan bestaan uit zand, natuursteensplit of een speciaal op betonproducten afgestemde voegensplit zoals Neros. Bij lichtere kleuren is bijvoorbeeld gewassen kwartszand in de grootte van 0-2 mm een goed voegenmateriaal, bij donkere materialen past een gewassen 0-2 mm basalt edelzand of het METTEN eigen Neros voegensplit goed.

Aanbrengen van het voegmateriaal door invoegen en/of inslempen direct opeenvolgend gedurende de verwerking van het verhardingsmateriaal zelf. Na het vullen van 2/3 van de voegen, het op de verharding achtergebleven voegmateriaal in zijn geheel van het verhardingen oppervlak vegen. Vervolgens de verharding aftrillen( enkel vanaf 8 cm dikte, tegels tot 6 cm worden aangeklopt!). Deze volgorde van werken vermindert het tijdens het aftrillen zich naar boven bewegen van het voegmateriaal, dat vervolgens onder de trilplaat gedurende het voortgaande aftrillen overmatige krassen veroorzaakt. Pas hierna de voeg in zijn geheel afvullen met overig voegmateriaal en wederom geheel schoonvegen. Voegen hebben de eerste tijd wat extra zorg nodig. Het kan zijn dat deze nogmaals geheel nagevuld dienen te worden i.v.m. het “nazakken” van het aanwezige voegenzand.

Wordt er gewerkt met een gebonden voegmateriaal (voegmortel, polymeerzand, twee componenten voegvullingen zoals b.v. op basis van Epoxy) dan is het zeer belangrijk om vooraf advies te vragen aan betreffende leverancier en een beoordeling te maken of een of meer van dergelijke bindende componenten geen schade (waaronder o.a. vlekvorming en een versterkte glans) aan het verhardingsproduct doet laten ontstaan. De gedwongen versnelde verwijdering van bijvoorbeeld ontstane vlekvorming en een versterkte glans kan een grote en blijvend negatieve invloed hebben op het oppervlak van het product in het algemeen en de kwaliteit van af fabriek aangebrachte vormen van extra bescherming van betreffend product.

Ondanks een goede voorbereiding en verwerking kan bij het gebruik van “vaste voegen” dit leiden (ook bij een niet gebonden ondergrond, vlijlaag) tot scheuren in het materiaal zelf door spanningsverschillen. Afhankelijk van de situatie kan nodig zijn om dilatatievoegen in het verharde oppervlak aan te brengen.

Stenen of tegels?

Voor bereden oppervlakken zijn stenen met een dikte van 8 cm geschikt. Principieel geldt: hoe hoger de stenen zijn des te sterker belastbaar. Voor enkel te belopen oppervlakken zijn tegels met een dikte vanaf ca. 4 cm geschikt. METTEN spreekt over tegels bij haar producten tot de dikte van 7 cm en over stenen bij haar materiaal vanaf een dikte van 8 cm.

Diversen belangrijke zaken

Vanaf 8 cm dikte: de goed gereinigde verharding mag alleen in droge toestand vanuit de randen naar het midden- met een trilplaat (Type 1000/2000 voorzien van kunststof of rubber hoes) afgetrild worden. Afhankelijk van het soort van product moet gebruikt gemaakt worden van de METTEN TopSlide mat! Oneffenheden in de pas gelegde bestrating nooit met overmatig trillen proberen weg te werken. Scherpkantige materialen, dus zonder vellingkant, vragen extra zorg in de verwerking waaronder het aftrillen en het soort van trilplaat hierbij. Bij twijfel altijd contact opnemen met Metten Nederland voor verdere informatie hierover om schade ontstaan in de verwerking te vermijden.

Tot 7 cm dikte: dergelijk tegelmateriaal mag nooit met een trilplaat afgetrild worden, in de praktijk wordt dit na het leggen enkel lichtelijk aangeklopt met een rubberen hamer. De kwaliteit van de rubberhamer moet goed zijn zoals een witte hamer op lichte kleuren en een zwarte hamer op donkere kleuren. In geen geval mogen er afdrukken op het verwerkte materiaal ontstaan. Indien na het leggen van de tegels donkere randen zouden optreden, dan is dit te wijten aan een opname van water gedurende de productie. Deze randen verdwijnen volledig na korte tijd. Ook om deze reden is verwerking met een voeg aanbevelenswaardig.

Gezaagde materialen dienen direct na het zagen met een licht zuurhoudende oplossing schoon te worden gemaakt. In de regel is dit een oplossing van cement­sluier­verwijderaar in schoon water van 1:10 (1 deel cement­sluier­ver­wijderaar, 10 delen schoon water) tenzij anders is aangegeven in de voor dat product geldende verwerkings­voorschriften. Zie hiervoor betreffende product of de afzonderlijk in de pallet aanwezige document met verwerkings­voorschriften.

Voor de hand liggend is het dat deze oplossing regelmatig verschoont moet worden naarmate er meer materiaal mee behandeld is. Het gezaagde laten opdrogen zonder dit schoonspoelen beïnvloed direct langdurig de kleur van het oorspronkelijke materiaal!

METTEN-Kantelprofiel

Wij raden onze METTEN Kantelprofiel aan bij het verwerken van scherpkantige betonstenen en tegels, dus materiaal zonder vellingkant. Hiermee worden onnodige kantbeschadigingen tijdens de verwerking vermeden.

Advies om dit te gebruiken bij de volgende producten:

· La Linia
· Umbriano
· Senzo
· Belpasso
· Boulevard

Verwerkingsadvies tegels tuin

Verwerkingsadvies voor tegels bij particulier gebruik enkel beloopbaar

Tot 6 cm steendikte

Verwerking op ongebonden ondergrond in de tuin.

Gebroken puin of (schoon) zand in een dikte van 10 tot 30 cm of split of grind ( 0-32 mm) als onderlaag op een goed en snel vochtafvoerende niet gebonden ondergrond, stabiel en gelijkmatig onder profiel aanbrengen.

De laagdikte van de onderlaag is afhankelijk van de stabiliteit, de te verwachten drukbelasting van de verharding en de vorstgevoeligheid van de originele bodem. Een bijstelling in de maximale laagdikte is ter plekke te beoordelen. Op deze onderlaag komt een egalisatielaag van 3-5 cm met een dusdanige korrelgrootte (0-4, 0-5, 0-8 of 0-11 mm) dat deze niet kan "wegvloeien" in deze onderlaag. De egalisatielaag mag in geen geval bijvoorbeeld leemhoudende bestanddelen bevatten, dit leidt onherroepelijk tot een aantasting van de eigen kleur van het te gebruiken materiaal. Om deze reden is het gebruik van cement in de egalisatielaag, onderlaag eveneens niet aan te bevelen (Kalkuitslag!). Afschot van de verharding (in de regel minimaal 2,5%) enkel tot stand brengen door de steen materialen zelf te leggen in dit afschot.

Bij een verharding in een situatie waar sprake is van een overkapte situatie is het gebruik van een cappilair brekende onder- vlijlaag belangrijk om problemen met een ernstige kalkuitbloeiing te voorkomen. Let erop dat het mooiste en kwalitatief uitstekend materiaal lelijk kan worden door grove behandeling tijdens de verwerking, dit bijvoorbeeld door krasvorming, gebroken randen door van de pallet afnemen van het materiaal op onvoorzichtige wijze. Verwerk nooit materiaal dat om wat voor reden dan ook, reeds direct optische gebreken of beschadigingen heeft. Gezaagde materialen dienen direct na het zagen met een licht zuurhoudende oplossing schoon te worden gemaakt. In de regel is dit een oplossing van cementsluierverwijderaar in schoon water van 1:10 ( 1 deel cemensluierverwijderaar, 10 delen schoon water) tenzij anders is aangegeven in de voor dat product geldende verwerkingsvoorschriften. Zie hiervoor betreffende product of de afzonderlijk in de pallet aanwezige verwerkingsvoorschriften document.

Voor de hand liggend is het regelmatig deze oplossing verschoont moet worden naarmate er meer materiaal met een enkele oplossing schoongemaakt is. Het gezaagde laten opdrogen zonder dit schoonspoelen beïnvloed direct langdurig de kleur van het oorspronkelijke materiaal!

Om beschadigingen te voorkomen altijd dergelijk materiaal met de rubberhamer vast kloppen. Indien na het leggen van de tegels donkere randen zouden optreden, dan is dit te wijten aan een eerste opname van water. Deze randen verdwijnen volledig na korte tijd. Dit is onder andere de reden dat wij adviseren tegelsystemen die af fabriek geleverd worden zonder afstandhouders, altijd te verwerken met een voeg van ca. 3 mm. Af fabriek zijn desgevraagd tegen betaling hiervoor leverbaar losse afstandhouders die een voeg maken van ca. 3 mm. Een voeg verhinderd in sterke mate beschadigingen aan de randen zowel tijdens de verwerking als gebruik in de praktijk. Bovendien droogt het vloeroppervlak gelijkmatig op.

Wij raden u voor het voegen aan om - vooral bij lichte kleuren - zuiver kwartszand te gebruiken bijvoorbeeld in de grootte van 0-2 mm. Voor donkere materialen is het METTEN Neros voegensplit of een gewassen Basalt Edelzad zeer geschikt.

In ieder geval dient het voegmateriaal droog en zuiver te zijn. Dat wil zeggen: het mag geen gekleurde fijne deeltjes bevatten, die zich in de poriën van de oppervlakten van de tegels kunnen zetten en voor een bepaalde tijd een kleurverandering veroorzaken. In geen geval leemhoudend zand gebruiken, om een vermindering van de kleurkwaliteit te voorkomen. Voegenmateriaal volledig invegen en niet op het oppervlakte laten liggen om verkleuringen aan het steenoppervlak te voorkomen. Bij de verwerking altijd de tegels uit de diverse pallets door elkaar verwerken, dit om een optimaal harmonisch visueel effect te verkrijgen.

Steeds meer wordt er gebruik gemaakt van men men noemt gebonden voegmateriaal Deze maken dat het voegmateriaal in een gebonden toestand tussen de afzonderlijke stenen, tegels zijn aangebracht. Zeer belangrijk is het om vooraf advies te vragen aan betreffende leverancier en een beoordeling te maken bijvoorbeeld of een of meer van dergelijke bindende componenten geen schade (waaronder vlekvorming en een versterkte glans) aan het product veroorzaakt. Let ook op eventueel gebruik van Dilatatievoegen. Ondanks een goede voorbereiding en verwerking kan bij het gebruik van “vaste voegen” (ook bij een niet gebonden ondergrond, vlijlaag) dit leiden tot scheuren in het materiaal zelf door spanningsverschillen. Het gebruik van “vaste voegen” vraagt vele aspecten in de beoordeling van o.a. de werkzaamheid, de toepassing en wijze van aanbrengen. De gedwongen versnelde verwijdering van bijvoorbeeld ontstane vlekvorming en een versterkte glans kan een grote en negatieve invloed hebben op het oppervlak van het product in het algemeen en de kwaliteit van af fabriek aangebrachte vormen van extra bescherming van betreffend product.

Een tussentijdse opslag kan het best gedaan worden door de tegels "kop op kop" te leggen.

Verwerking tegels balkon

Verwerking van METTEN tegels op het balkon en terras dat bestaat uit beton.

Worden de tegels op een balkon of terras met een ondergrond van beton verwerkt dan is het volgende belangrijk:

De betonnen ondergrond.

Deze moet met een afschot van 2% glad afgewerkt worden. Als de ondergrond aanwezig is zonder dit afschot, dan moet dit alsnog aangebracht worden door een “Estrichlaag” (dunne afwerklaag). Hierbij moet de dikte daarvan op het laagste punt minimaal 2 cm bedragen.
Bij een situatie waarbij er b.v een kelderruimte onder de betonnen ondergrond aanwezig is dient moet er een conform de DIN 18195/DIN 18336 gerichte waterafvoer plaats vinden.

Afvoer van vocht is een absolute voorwaarde.

In alle gevallen moet voorkomen worden dat er vochtophoping kan plaats vinden onder het verwerkte materiaal. Niet alleen het directe contact van tegels en vocht (waarbij tegels aan de onderkant in het water liggen) maar ook indirecte contact d.m.v. condensvorming onder de tegels kan leiden tot een zware kalkuitbloeiing. Een dergelijke condensvorming ontstaat als door het schijnen van de zon het tegelmateriaal opgewarmd wordt. Hierdoor ontstaat condens aan de onderzijde van de tegel. Dit condensvocht trekt via de onderkant door de aanwezige capillairen naar de bovenkant van het materiaal. Hierbij worden in de tegels voorkomende kalkdeeltjes opgenomen in het vocht en getransporteerd naar de bovenzijde van de tegels. Naast afschot reeds aangebracht op de betonnen ondergrond zelf, is het belangrijk dat het afgevoerde water aan de randen van de betonnen ondergrond eveneens goed afgevoerd wordt. Dit kan gedaan worden bijvoorbeeld om aan de randen een kiezelstrook, regen afvoergoot of drainage leiding aan te brengen. In alle gevallen geldt dat vocht snel en adequaat afgevoerd wordt. Hierop kunnen de tegels met (niet wateropnemende) verhoogde tegeldragers of met een zogenaamde (niet wateropnemende) "mortelzak" of op een splitlaag ( ca. 8 mm korrelgrootte) verwerkt. Of een combinatie van een waterafvoerende Drainagemat in combinatie met splitlaag, dit laatste is altijd de beste manier (met bijvoorbeeld Gutjahr Aquadrain T+) van verwerken.

Controle.

Na controle van de geleverde betontegels kunnen deze op:

  • (niet vochtopnemende) Tegeldragers
  • (niet vochtopnemende) Mortelzakken
  • Grind, splitlaag met een korrelgrootte van ca. 8 mm
  • een water afvoerende Drainagemat in combinatie met grind/splitverwerkt worden
  • of op het METTEN Profilsysteem

Bij de verwerking op Tegeldragers of Mortelzakken moeten tegels in het 80x40 cm formaat elke 40 cm ondersteund worden (zie tekening 1).

Bij eenzelfde verwerking bij tegels in het formaat 60x30 cm moeten deze in het midden aanvullend ondersteund worden (zie tekening 2).

De beste methode van verwerken is in alle gevallen de toepassing van een water afvoerende Drainagemat (bijvoorbeeld Gutjahr AquaDrain T+). Het gebruik hiervan reduceert het risico van vochtophoping het meest. Tevens bestaat dan de mogelijkheid de voegen te vullen met bijvoorbeeld het NEROS Voegensplit.

TALUX profielsysteem

Het TALUX profielsysteem is een gepatenteerd systeem dat bij de verwerking van betontegels blijvend grote voordelen biedt. De afzonderlijke tegels worden gedragen worden op een module systeem van aluminium rand- en tussenprofielen dat voorzien is van eenvoudig aan te brengen afstandhouders Hierdoor is een exacte voegenafstand en voegenpatroon zonder meer gegarandeerd. De zijkanten van het randprofiel zijn fraai afgewerkt met randprofielen en het eigen gewicht door het gebruik van aluminium is zeer laag. De verwerkingstijd van profielsysteem en het aanbrengen van de tegels gaat bijzonder snel wat de verwerkingskosten gunstig beïnvloed, het geheel is constructief blijvend uitzonderlijk stabiel en onderhoudsvrij. Het profielsysteem maakt ook dat het daarop aangebrachte betegelde oppervlak feitelijk geheel los staat van de ondergrond. Vocht kan hierdoor versneld afgevoerd worden hetgeen belangrijk is voor de tegels in het voorkomen van kalkuitbloeing maar ook het behoudt  en verkleuringen aan de randen van de tegels zelf.